Ontstaan Herbergen

Vanaf 1850 ontstaat een Europese-brede beweging van kunstenaars, die de stad uittrekken en zich laten inspireren door de natuur. Zij trekken rond op zoek naar bijzondere plekken, bijzondere dorpen en ze trekken ook door Nederland. Ze delen hun ontdekkingen met collega-kunstenaars en gaan één zomer, een paar jaar of de rest van hun leven in zo’n bijzonder dorp wonen en leggen alles vast op doek of papier. Voor deze kunstenaarsdorpen geldt dat ze door hun ligging kunst en natuur als vanzelfsprekend met elkaar verbinden.

Zweeloo is een dorp, waar de kunstenaars vooral ’s zomers verbleven en ook vaak alleen of met z’n tweeën. De herbergier was terughoudend met het accepteren van schilders en de bevolking was niet genegen ruimte vrij te maken voor de vreemdelingen. Het was eerder een privilege dan een vanzelfsprekendheid om in Zweeloo te kunnen verblijven.
Desondanks is het van over de honderd schilders bekend dat ze in Zweeloo gewerkt hebben. Egbert van Drielst, Jan van Ravenswaay, Jozef Israëls, Artz, Mauve, Roelofs, Mollinger, Max Liebermann, Vincent van Gogh, JJ van de Sande Bakhuyzen, Pieter Termeulen en Stengelin waren allen in Zweeloo en hebben in de herberg gelogeerd.

Nú is Zweeloo één van de kunstenaarsdorpen waar de rust en de natuur bewaard zijn gebleven en de verbinding van kunst en natuur nog steeds voor de hand ligt.